donderdag 31 maart 2011

Mode uit sociale werkplaatsen

Het kabinet heeft plannen om ingrijpend te bezuinigen op de financiering van sociale werkplaatsen, de werkvoorzieningen voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Volgens berekeningen van het CPB zullen, als de voorgenomen bezuinigingen in de sector doorgaan, over tien jaar nog zo’n 35.000 mensen met lichamelijke, verstandelijke of psychische beperkingen bij de sociale werkvoorziening aan het werk zijn. Nu zijn dat er 100.000. Wat betekent dat voor de modemerken die hun collecties laten produceren in de sociale werkplaatsen? ‘Ik hoop echt dat het niet zo ver komt: ik zou het verschrikkelijk zonde vinden als werknemers bij de sociale werkplaatsen ontslagen zouden worden’, zegt Katja Staring van Chatoui, een Nederlands accessoiremerk dat sieraden, tassen en accessoires van gerecyclede materialen laat maken in sociale werkplaatsen. ‘Het gaat vaak om bijzondere gevallen, zoals een dove mevrouw, een Surinaamse kleermaker van 61, een ernstig lichamelijk gehandicapte jongen in een rolstoel, of iemand met een psychiatrisch verleden. Zij zouden nooit een normale baan kunnen uitoefenen en belanden zonder de sociale werkplaats thuis achter de geraniums. Ik vind dat iedereen recht heeft op werk en we willen in dit land toch dat zoveel mogelijk mensen werken?’ Volgens Chatoui zijn sociale werkplaatsen voor kleine modebedrijven een uitkomst, omdat ze het mogelijk maken kleine oplages dicht bij huis te laten produceren. ‘Er zijn allerlei startende bedrijven die juist door het bestaan van sociale werkplaatsen hun werk van de grond kunnen tillen.’ Ook Ellen Willink, die kleding en accessoires voor haar eigen ecolabel in de sociale werkplaats in Den Bosch laat maken, waardeert de voorziening. ‘Het is tegenwoordig niet mogelijk om productie te laten uitvoeren in kleine oplages. En áls een gewoon confectieatelier het al doet, dan is dat heel erg duur – kleding wordt dan niet meer te betalen.’ Voor duurzame modemerken hebben de sociale werkplaatsen een extra voordeel: de lokale productie is eerlijk en relatief schoon. Ellen Willink: ‘Alle enge verhalen over Chinese kinderen die dag en nacht werken, zijn voor mij een reden om te zoeken naar een producent met behoorlijke werkomstandigheden. De mensen op een sociale werkplaats worden goed verzorgd en er is aandacht voor hun arbeidshandicap.’ Het jonge Nederlandse accessoirelabel reWrap, dat ecologische sleeves voor laptops en mobieltjes maakt, vond sociale werkplaatsen een voor de hand liggende optie omdat het de ecologische voetafdruk zo klein mogelijk wil houden. Erica Bol van reWrap: ‘We vinden het daarnaast belangrijk om de sociale productie te stimuleren. Dat kan natuurlijk in het buitenland, als de werkomstandigheden goed zijn en er geen kinderhandjes aan te pas komen. Maar het is fijn om eerlijke productie extra te kunnen benadrukken met sociale werkplaatsen, waar mensen kans hebben op een toekomst in onze maatschappij.’ Voor de productie van Chatoui zou het compleet wegbezuinigen van de sociale werkplaatsen lastig maar niet onoverkomelijk zijn. Katja Staring: ‘Dan zullen we moeten uitwijken naar andere landen. Dat heeft natuurlijk logistiek wat meer voeten in aarde en kost ook meer vervoerkilometers. Als de productie-aantallen dan omhoog gaan, kunnen we dat wellicht wel compenseren. Maar ik vind de productie in Nederland juist een perfecte aanvulling op ons bedrijfsconcept.’ Ellen Willink en reWrap zouden op zoek gaan naar alternatieven in Nederland. Werkvoorzieningen voor allochtone vrouwen met een taalachterstand of naaiateliers voor vrouwen met een psychiatrisch verleden kunnen dan uitkomst bieden. Erica Bol: ‘We houden andere opties voor onze productie in de gaten, maar we willen graag het werk bij de sociale werkplaatsen volhouden zolang het kan.’

Geen opmerkingen:

Een reactie posten