De Ierse modeketen Primark opent binnenkort zijn tweede winkel in Nederland. Dat is goed nieuws voor koopverslaafden met een smalle beurs. Primark is kampioen in betaalbare fast fashion – je scoort er bijvoorbeeld een jeans voor een tientje of een t-shirt voor vijf euro.
Primark opende in 2008 zijn eerste Nederlandse vestiging: in Rotterdam. Eerder dit jaar meldde de keten dat het daar stormloopt. Dagelijks bezoeken zo’n drieduizend koopjesjagers de winkel, wat regelmatig leidt tot chaotische taferelen bij pashokjes en bij rekken met aanbiedingen.
Net als andere bedrijven die er alles aan doen om de verkoopprijzen van hun kleding zo laag mogelijk te houden, floreert Primark bij de recessie. Maar onze samenleving mag dan economisch beter worden van het koopjesjagen, voor het milieu zijn de gigantische omzetten van Primark niet bepaald prima. Het bedrijf roept nadrukkelijk dat het maatschappelijk verantwoord onderneemt. Maar het wegwerpgedrag dat door de lage prijzen (met bijpassende kwaliteit) wordt gestimuleerd, is nauwelijks moreel te noemen. En er zijn hardnekkige geruchten over de slechte werkomstandigheden van werknemers in de Aziatische fabrieken die kleding produceren voor het Ierse imperium.
Mij verbaast het dubbelzinnige succes van Primark niets. Wie wil er nou niet een paar schoenen kopen voor 7 euro? En wie denkt er werkelijk dat een sjaal van twee euro eerlijk en milieuverantwoord geproduceerd kan zijn? Degene die dit dilemma weet op te lossen, verdient zeker de Nobelprijs.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten