StoereVrouwen doen duurzaamheidscheck tijdens Arnhem Mode Biënnale 2011

Het koopleger van StoereVrouwen wil meer producten die mooi, lekker en tegelijk goed voor de wereld zijn. Dat merkt winkelend Nederland al met enige regelmaat, wanneer de jonge vrouwen in actie komen om energieverspillende winkeldeuren te sluiten of te protesteren tegen misstanden bij de Chinese productie van Apple gadgets. In juni kan Arnhem de frisse wind van StoereVrouwen ervaren, want dan checken de winkelende wereldverbeteraars het groene gehalte van de modestad.

De StoereVrouwen trekken op zondag 5 juni glimlachend ten strijde om aandacht te vragen voor eerlijke modemerken in Arnhem. Met het hippe modekwartier in de wijk Klarendal, de modeacademie en de Arnhemse Mode Biënnale staat Arnhem steeds prominenter op de kaart van high fashion. Maar is Arnhem ook een duurzame modestad?, vragen de StoereVrouwen zich af.

De Arnhemse delegatie van StoereVrouwen bezoekt een aantal populaire winkels in de binnenstad om het assortiment duurzame kledingmerken te inventariseren. Er wordt gekeken naar het aanbod van faire en eco kledingmerken en of deze gemakkelijk te vinden zijn tussen de reguliere mode. Ook voelen de kritische vrouwen het winkelende publiek aan de tand of zij letten op eerlijke merken als ze aan het shoppen zijn.

Tijdens de Arnhem Mode Biënnale, die van 1 juni tot en met 3 juli plaatsvindt, blijven de StoereVrouwen aandacht schenken aan duurzame mode. Ze delen bijvoorbeeld StoereLintjes uit aan ondernemers in de stad die werk maken van eerlijke en schone mode. Met de Fair Fashion Show op 26 juni en alle duurzame modebedrijven in Klarendal moet het toch lukken om die lintjes in Arnhem kwijt te raken...

Li Edelkoort: eco is onontkoombaar

In 2020 is de grens tussen online en offline geheel verdwenen, verwacht Lidewij Edelkoort. De trendforecaster presenteerde in mei 2011 twintig (retail)trends voor de winter van 2012 en 2013 ineen afgeladen zaal met winkeliers in het Amsterdamse Muziekgebouw aan 't IJ.

Mono-winkels, visual merchandise en respect voor de klant zijn volgens Edelkoort het volgende jaar de kernwoorden. Ook duurzaamheid ontbreekt niet in de voorspellingen. Eco is een diepgewortelde tendens waar niemand aan kan ontkomen, stelt de trendforecaster. Haar advies aan winkeliers is om te investeren in lokale productie.

Edelkoort voorziet volgend jaar verder de groeiende populariteit van haken en de terugkeer van verkoop van stof aan de meter. Eerder al voorspelde Edelkoort het toenemende belang van ambachtelijke, handgemaakte producten. In 1993 lanceerde ze samen met bevriende stylisten Heartwear, een organisatie die het voortbestaan van ambachtelijk handwerk stimuleert. Lokale ambachtslieden worden geholpen om hun producten wereldwijd te verspreiden, zonder dat ze concessies hoeven te doen aan hun traditionele expertise, cultuur en regionale context. Het initiatief heeft onder andere geleid tot Indiaas katoen en textiel uit Benin.

Inspiratie voor lessen over Cradle to Cradle

De gratis publicatie Inspired by Cradle to Cradle; Cradle to Cradle practise in education is in mei 2011 verstuurd naar alle onderwijsinstellingen in Nederland. Het boek richt zich op docenten en beleidsmakers in het onderwijs, die worden aangemoedigd de duurzaamheidsbenadering in onderwijsprogramma’s op te nemen. Cradle to Cradle gaat verder dan recycling: het gaat uit van het principe dat afval niet bestaat, omdat producten kunnen worden getransformeerd tot herbruikbare, planeetvriendelijke materialen.

Inspired by Cradle to Cradle bevat voorbeelden van de methode op alle leerniveaus: van een voorbeeldlespakket voor het primair onderwijs tot informatie over opdrachten voor studenten. In het boek staan enkele internationale voorbeelden van onderwijsprogramma’s, maar ook cases uit het Nederlandse bedrijfsleven.

Ook voor iedereen die geïnteresseerd is in de door Michael Braungart beroemd gemaakte theorie is Inspired by Cradle to Cradle een handig naslagwerkje met uitleg van de principes, filosofie en volgelingen. Het Amsterdam Fashion Institute geeft een inkijkje in de rol van duurzaamheid in zijn onderwijsaanbod. De modeopleiding kijkt niet alleen naar hergebruik, maar ook naar mens- en milieuvriendelijke productie. Het enthousiasme voor Cradle to Cradle is groot, want vanuit deze ontwerpmethode kan het modesysteem draaiende worden gehouden zonder schade aan de natuur. Kortom: ‘With C2C we can have our cake and eat it too’.

Inspired by Cradle to Cradle is in het Engels geschreven om inspiratie te bieden aan de landen om ons heen, die nu ook steeds meer op het gebied van Cradle to Cradle ondernemen. Het boek is een initiatief van onder andere de stichting Duurzaam Hoger Onderwijs, innovatiecentrum Hiteq en Diana den Held van Gevleugelde Woorden. Een digitaal exemplaar kan gratis gedownload of besteld worden via de website van Hiteq.

Tweede editie The Green Fashion Competition start juli 2011

Na het succes van The Green Fashion Competition in 2010, maken ontwerpers ook dit jaar kans op prijzen voor een duurzaam modeconcept. The Green Fashion Competition, die in het leven is geroepen door het toenmalige ministerie van Landbouw, Natuur en Visserij, schenkt geldprijzen van 25.000 en 15.000 euro aan ondernemers die de modeindustrie helpen vergroenen. In de eerste editie van de wedstrijd, waarvan de finale plaatsvond tijdens de Amsterdam International Fashion Week (AIFW), gingen Elsien Gringhuis en OAT Shoes met de prijzen naar huis.

The Green Fashion Competition startte in juli 2010 met een presentatie van Kentroy Yearwood tijdens de AIFW. Niet minder dan 180 ontwerpers uit binnen- en buitenland namen deel aan de eerste ronde van de wedstrijd. Uiteindelijk werden acht ontwerpers geselecteerd om een bedrijfsplan én twee outfits te maken. Na een catwalkshow op de AIFW in januari 2011 werden de twee winnaars, die niet alleen een geldprijs maar ook persoonlijke coaching bij de doorontwikkeling van hun merk krijgen, bekend gemaakt.

Dat The Green Fashion Competition duurzame mode kan stimuleren, blijkt wel uit het success van OAT Shoes. Het piepjonge merk, dat volledig composteerbare schoenen produceert, is nu al verkrijgbaar bij onder andere Nukuhiva en De Bijenkorf. Ik kijk dan ook reikhalzend uit naar de groene creaties die worden ingezonden voor The Green Fashion Competition 2011.

Summer Rayne Oakes: groen model met een missie

Wie zegt dat beauties geen brains hebben? De Nederlandse Lonneke Engel is zo’n intelligent, geëngageerd model dat bewijst dat ze net zo slim als mooi is: ze is ambassadrice van de Fair Wear Foundation, presentatrice bij The Green Fashion Competition en oprichtster van het positivobedrijf Organice Your Life.

De Amerikaanse Summer Rayne Oakes is ook zo’n inspirerend (en jaloersmakend!) model met een missie. Ze loopt over de catwalk voor duurzame merken én werkt als consultant voor modebedrijven die zich willen vergroenen. Met lezingen aan universiteiten, in musea en bij modeopleidingen verspreidt ze haar gedachtengoed over een duurzame modewereld.

Een procentje van de omzet doneren aan een goed doel of een evenement van een welzijnsorganisatie sponsoren is tegenwoordig niet meer genoeg om de groene consument te verleiden, zei Summer Ray Oakes onlangs in een interview. Om zich te onderscheiden van de grote massa moeten ondernemingen transparanter worden over hun productiemethoden en beelden kiezen die aansluiten bij hun duurzame doelstellingen.

Summer adviseert niet alleen multinationals die zich meer willen verantwoorden over hun bedrijfsvoering, maar ook vooruitstrevende ecomodemerken. In het verleden communiceerden die duurzame ondernemers niet altijd over hun activiteiten, omdat ze het gevoel hadden dat ze simpelweg deden wat ze behoorden doen. Maar op die manier wordt hun unieke positie in duurzame mode niet zichtbaar, waarschuwt Summer, die fan is van onder andere het innovatieve Source4Style.

Summer verwacht dat de trend om transparanter te zijn over de productieketen zal worden voortgestuwd door duurzame koplopers, die openheid van zaken geven over de herkomst van hun producten, de werkmethoden in textielfabrieken en de werkomstandigheden van de textielproducenten. Recente initiatieven van grote bedrijven, zoals de waterbesparingscampagne van Levi’s en Nike’s Environmental Apparel Design Tool, laten volgens haar zien hoe robuust de ecotrend is geworden. En met groene heldinnen als Summer Rayne Oakes gaat die trend vast een glorieuze toekomst tegemoet.

Grootwinkelbedrijven in textielsector gaan voor MVO

De Nederlandse Vereniging van Grootwinkelbedrijven in Textiel (VGT) heeft zich in april 2011 aangesloten bij MVO Nederland, de organisatie die bedrijven stimuleert om maatschappelijk verantwoord te ondernemen. De vereniging wil met de overeenkomst benadrukken dat de textielbranche waarde hecht aan ‘de aard en herkomst van textielproducten en de arbeidsomstandigheden waaronder deze worden geproduceerd’.

Bij de Vereniging van Grootwinkelbedrijven in Textiel zijn grote modeformules en postorderbedrijven aangesloten. De belangrijkste doelstellingen van de ondertekening van het partnermanifest van MVO Nederland is volgens de vereniging: ‘een transparantere textielsector en actief meewerken aan de verbetering van de sociale werkomstandigheden in de productielanden van textiel’.

Met het partnerschap van de Vereniging van Grootwinkelbedrijven in Textiel krijgt maatschappelijk verantwoord ondernemen in de modebranche een nieuwe impuls. Bij MVO Nederland zijn inmiddels zo’n 1500 organisaties aangesloten, waarvan enkele tientallen in de mode-industrie. Naast de Vereniging van Grootwinkelbedrijven in Textiel gaat het om grote spelers zoals CBW-Mitex (brancheorganisatie voor mode- en wonendetailhandel), Modint (de ondernemersorganisatie voor de modebranche) en Stichting KICI kledinginzameling.

Jubileum voor The dress I made

Op 25 mei 2011 viert Renske Solkesz een indrukwekkend jubileum: ze heeft dan een jaar lang uitsluitend zelfgemaakte kleding gedragen. Op de website The dress I made doet ze verslag van haar capriolen achter de naaimachine.

Renske Solkesz startte The dress I made uit frustratie met de wegwerpmode van H&M en de buitensporige prijzen van designer brands. Maar ook uit een zorg over de uitwassen van onze fast fashion cultuur met haar razendsnelle omloopsnelheden, erbarmelijke werkomstandigheden in textielfabrieken en een gebrek aan respect voor natuurlijke hulpbronnen.

Solkesz is een fan van slow fashion, ambachtelijke productiemethoden en kleding van hoge kwaliteit. Na een jaar van zelfgemaakte kleding is die liefde niet bekoeld. In tegendeel, de zelfproducerende ontwerpster, die tassen en accessoires verkoopt via Etsy, is naar eigen zeggen alleen maar meer van kwaliteitsproducten gaan houden. En het modewinkelen mist ze in het geheel niet.

Het eenjarige jubileum van The dress I made wordt gevierd met een kledingruilfeest in Den Haag. Want dat dertig procent van alle textielproducten ongedragen bij het afval verdwijnt, vindt Solkesz afschuwelijk.

Milieuschade van Puma bedraagt 97,4 miljoen euro

Welke schade brengt Puma het milieu toe met de productie van kleding en schoenen? Volgens berekeningen van de sportgigant komen de jaarlijkse kosten van CO2-emissies en waterverbruik neer op 97.4 miljoen euro.

Puma bekeek de emissies en het waterverbruik binnen de gehele keten: de productie van ruwe materialen zoals katoen, het verwerken van de materialen tot stoffen, het bewerken van de stof (zoals verven en borduren), het maken van kledingstukken, en het ontwerpen, vervoeren en promoten van de eindproducten. Puma constateert dat het grootste deel van de milieuimpact afkomstig is van de productie van ruwe materialen, zoals de pluk en oogst van katoen, rubberproductie en het houden van vee voor leer. Van Puma’s bijna honderd miljoen euro aan milieuschade is maar 7,2 miljoen euro toe te schrijven aan kernactiviteiten van het bedrijf; de overige 87,2 miljoen staat op het conto van toeleveranciers.

Puma wil de opvallende rekenexercitie, die deel uitmaakt van het duurzaamheidsplan van moederbedrijf PPR, gebruiken om milieubelastende activiteiten te verminderen. Daar zit niet alleen een groen geweten achter, maar ook een commerciële bedrijfsstrategie: het terugdringen van milieulasten komt ten goede aan het minimaliseren van bedrijfsrisico’s.

Het is de vraag of Puma’s rekensom leidt tot groene maatregelen die, zoals het bedrijf verwacht, ook andere modemerken tot actie zal bewegen. Het grootste deel van de ecologische voetafdruk van Puma’s producten wordt veroorzaakt door onderdelen van de productieketen waarop het bedrijf maar zeer beperkt invloed kan uitoefenen, zoals de productie van ruwe stoffen.

Wereld Milieu Dag 2011: Nature at your service

De auto een dag laten staan, samen met buren de straat schoonvegen, plastic tasjes in de ban doen, een boom planten. Het zijn allemaal activiteiten die passen bij Wereld Milieu Dag, die in 2011 in het teken staat van bomen en bossen.

De Verenigde Naties heeft 5 juni uitgeroepen tot World Environment Day, een dag waarop wereldwijd positieve actie wordt ondernomen om het milieu te beschermen. De dag stamt uit 1972 maar is natuurlijk actueler dan ooit. Onder het motto 'Nature at your service' roept de VN iedereen op om samen te werken aan een schone, groene en levendige toekomst.

Om actievoeren te stimuleren, heeft de VN een inspirerend overzicht gemaakt van activiteiten warmee Wereld Milieu Dag gevierd kan worden. Je kunt bijvoorbeeld in scholen uitleg geven over het belang van bossen, een concert geven waarmee je bosbeheer steunt, of een sportevenement organiseren voor het goede doel.

Opvallend genoeg lijkt er op de burelen van World Environment Day weinig aandacht voor de promotie van duurzame mode. En dat terwijl t-shirts van bamboe, broeken van hennep en sokken van dennebomen perfect aansluiten bij het bomenthema van 5 juni 2011. Groene fashionista’s hebben dan ook een simpele manier om hun bijdrage te leveren aan de internationale milieudag: draag je mooiste duurzame outfit en vertel iedereen erover.

Weer misstanden gemeld in Indiase kledingindustrie

In september 2010 beschuldigden De Volkskrant en de Stichting Onderzoek Multinationale Ondernemingen (SOMO) modebedrijven zoals C&A en H&M ervan kleding te laten produceren in dubieuze fabrieken in India. Bijna een half jaar later lijkt er weinig veranderd. Een nieuw rapport van SOMO slaat opnieuw alarm over de uitbuiting van kasteloze meisjes in vier textielfabrieken in de Indiase regio Tamil Nadu.

SOMO en de Landelijke India Werkgroep (LIW) zetten de problematiek uiteen in Captured by Cotton. Het rapport besteedt speciale aandacht aan vier grote Indiase geïntegreerde producenten: Eastman, SSM India, Bannari Amman en KPR Mill. Zij leveren aan onder andere Bestseller (het bedrijf achter Only, Jack & Jones), C&A, Diesel, GAP, Marks & Spencer, Primark, Tommy Hilfiger en Inditex (waartoe Zara behoort). De arbeidsomstandigheden in de fabrieken komen overeen met de definitie van de ergste vorm van kinderarbeid van de International Labour Association. De meisjes, die vaak jonger zijn dan achttien, verdienen lonen beneden het wettelijk minimumloon, moeten buitensporig overwerk verrichten, wonen op het fabrieksterrein in slaapzalen zonder privacy, hebben geen mogelijkheden om klachten in te dienen en kunnen geen contact opnemen met vakbonden of maatschappelijke omstandigheden.

Captured by Cotton signaleert dat er sinds augustus 2010 een aantal verbeteringen doorgevoerd bij Eastman en KPR Mill. Bedrijven zoals C&A, Bestseller, Primark en Tesco hebben inmiddels aangegeven de uitwassen gezamenlijk te willen aanpakken. Maar zicht op concrete, tijdgebonden acties is er volgens SOMO nog onvoldoende. Alle bedrijven die in de regio Tamil Nadu kleding laten produceren lopen een groot risico om betrokken te raken bij arbeidsrechtenschendingen, waarschuwt SOMO. Een woordvoerder van C&A bevestigt dit met zoveel woorden in een interview met De Volkskrant. 'Niemand die zaken doet met bedrijven in de kledingproducerende industrie in India is op dit moment in staat om direct of indirect contact met het sumangali-systeem te vermijden', aldus de woordvoerder.

Ondertussen hebben merken zoals Diesel en Mexx nog altijd een handelsrelatie met de omstreden fabrieken. SOMO en LIW hebben aangekondigd het beleid en de activiteiten van bedrijven die in Tamil Nadu produceren en inkopen te blijven volgen. En misschien is het tijd dat Nederlandse consumenten ook hun steentje bijdragen – niet door producten of merken te boycotten, maar door bij de westerse modebedrijven aan te dringen op verbeteracties.

Lucy Siegle: fast fashion is dodelijk voor onze planeet

'To die for'. Dat is de titel van een nieuw boek van de Britse modejournaliste Lucy Siegle. Haar boodschap is simpel: we kopen steeds meer kleding van goedkope makelij – en dat is desastreus voor onze planeet.

Uit cijfers blijkt dat de gemiddelde Britse vrouw nu vier keer zoveel kleding koopt als dertig jaar geleden. Gemiddeld geeft ze jaarlijks 625 pond uit aan mode. Omdat kleding steeds goedkoper is geworden, komt dat neer op de aankoop van 28 kilo aan textiel per jaar. En dat betekent de vorming van een enorme afvalberg, want het grootste deel van de goedkope masaasmode wordt voortijdig afgedankt.

Siegle richt haar pijlen ook op de mensen die fast fashion mogelijk maken: de meer dan 40 miljoen fabriekswerknemers en 30 miljoen textielarbeiders in lagelonenlanden die onze kleding in elkaar zetten. Zij werken tegen erbarmelijke lonen en onder hoge tijdsdruk aan onze high street must-haves.

De oplossing die Siegle voorstelt? Investeer in kwaliteitsstukken waar je lang mee doet en koester deze zo lang mogelijk. De ervaring leert dat we 80 procent van onze tijd doorbrengen in 20 procent van onze garderobe. Dat betekent dat we zeker 60 procent van de inhoud van onze kledingkast onderbenutten – lees: eigenlijk niet nodig hebben.

Siegle berekent dat we met 21 nieuwe aankopen per jaar ruim kunnen voldoen aan onze behoefte aan een verfijnde garderobe. Dat is een flinke besparing, want nu kopen we gemiddeld 102 kledingstukken per jaar. Maar denk alleen al eens wat een geld het zal schelen als we die 81 overbodige niemendalletjes in de winkel laten hangen…

Top tien ecomode: groen, groener, groenst

De Nederlandse modewebsite Fashionchick publiceerde onlangs een opmerkelijk lijstje met verantwoorde modemerken. Zelfs al geef je niets om milieuvriendelijke of fair trade kleding, de top tien is voor elke fashionista de moeite waard, aldus de website.

In de top tien van Fashionchick komen bekende merken voor zoals Bijenkorfs Pure, Camilla Norrback en People Tree. De toppers komen uit binnen- en buitenland: Expresso (Nederland) staat zij aan zij met Misericordia (Peru) en Nancy Dee (Engeland).

Verrassend zijn de namen Ted Baker en Levi’s. Hoewel Ted Baker in Nederland niet bekend staat als koploper in duurzame mode, gebruikt het Londense bedrijf wel biologische en fair trade materialen. Levi’s dankt de positie in de top tien aan recente initiatieven om groene energie te gebruiken, water te besparen en deel te nemen aan het Better Cotton Initiative.

Het groene gehalte van de merken op de top tien loopt dan ook nogal uiteen. Zo zijn Pure, Komodo en People Tree het over het algemeen strenger in de leer dan bijvoorbeeld Levi’s en Expresso. Maar het fashion gehalte van Fashionchicks top tien staat in ieder geval niet ter discussie.

Britse vrouwen hebben te veel schoenen

Nieuw onderzoek van The Co-operative Insurance heeft aangetoond dat de gemiddelde Britse vrouw twintig paar schoenen bezit. Maar daarvan wordt meer dan de helft, elf paar, nooit gedragen. Hetzelfde onderzoek laat zien dat de gemiddelde vrouw drie jaar met een paar schoenen doet – ongeacht of die afgedragen zijn of niet.

Het onderzoek was bedoeld om te waarde van eigendommen van Britse huishoudens in te schatten. The Co-operative Insurance is natuurlijk benieuwd of er in de garderobe van vrouwen waardevolle eigendommen staan die een speciale verzekering vereisen. Wat dat betreft levert de studie ook verbluffende inzichten op: 10 procent van de 3000 bevraagde vrouwen geeft jaarlijks 600 pond uit aan schoenen.

Hoe komen we aan al die schoenen, die we vervolgens nooit aan de voeten hebben? Meer dan de helft van de vrouwen (52 procent) koopt schoenen vanwege de aanschaf van een nieuwe outfit. Ook retail therapy leidt tot koopwoede: 37 procent van de vrouwen troost zichzelf met de aankoop van een nieuw paar schoenen.

Kortom, we kopen meer schoenen dan we nodig hebben of ooit zullen dragen. Wat dat betreft schuilt er een Imelda Marcos in velen van ons. En dat is voor een duurzame wereld bepaald geen compliment.

Veganisme wordt makkelijker met nieuwe etiketten

Modebewuste veganisten krijgen het een beetje makkelijker. Als gevolg van aangepaste EU-wetgeving over etikettering moet op kleding waar dierlijke producten in zijn verwerkt voortaan een duidelijk etiket worden geplaatst. Kleding met bont, leer of veren wordt voorzien van een label met de mededeling dat het product ‘niet uit textiel bestaande delen van dierlijke oorsprong’ bevat.

De nieuwe regels, die door de Europese lidstaten nog op nationaal niveau moeten worden ingevoerd, zijn positief ontvangen door dierenbeschermingsorganisaties zoals de Humane Society International en Bont voor Dieren. De nieuwe etikettering maakt het bijvoorbeeld makkelijker voor consumenten om nepbont van echt bont te onderscheiden. Bij goedkope kleding wordt nog wel eens ten onrechte gedacht dat de bont namaak is.

De mitsen en maren: voor de nieuwe etiketteringsvereisten geldt een overgangsperiode van 2,5 jaar zodat de industirie de tijd krijgt om zich aan te passen. En zelfstandige kleermakers en op maat gemaakte textielproducten zijn vrijgesteld van de regels.

Recycle je bril

De sterkte van de glazen moet worden aangepast, of het montuur is hopeloos uit de tijd. Het lijkt erop dat brillen in hoog tempo worden afgedankt. En wat gebeurt er met alle afdankertjes? De website My Zero Waste wijdde onlangs een artikel aan dit heikele punt. Want het vervangen van brillen levert niet alleen een grotere afvalberg op, het is ook dubieus gezien het feit dat (volgens de World Health Organization) 153 miljoen mensen wereldwijd slechtziend zijn en geen toegang hebben tot zorg.

Gelukkig zijn er projecten zoals Second Sight, een initiatief van Kodak en Vision Aid Overseas. Consumenten kunnen hun afgedankte brillen simpelweg inleveren in een envelop, die wordt afgeleverd in ontwikkelingslanden. En het van oorsprong Amerikaanse Lions Clubs International richt zich vooral op kinderbrillen en levert gebruikte exemplaren af in landen waar de behoefte het grootst is.

Voor brillen waarvan de glazen vervangen moeten worden, bestaat Framesavers, een bedrijf dat beweert 98 procent van de monturen te kunnen voorzien van nieuwe glazen. Durf je werkelijk niet meer met een verouderd montuur over straat, doneer het dan aan een school of theatergroep. Wie weet zie je je bril dan nog eens op het toneel verschijnen.

World Fair Trade Day 2011 is meer dan een ontbijtje

Voor wie het nog niet wist: ieder jaar is het de tweede zaterdag in mei World Fair Trade Day. Op 14 mei 2011 is deze actiedag in Nederland vooral gevierd met fair trade ontbijtjes.

Internationaal gebeurt er nog meer. In de Verenigde Staten worden fair trade coffeebreaks, paneldiscussies met koffieproeverijen en popconcerten georganiseerd. Ook fair fashion shows liggen voor de hand. En als die niet in je buurt opduiken, organiseer je er zelf toch een? Een kledingruilfeest of repair café is ook een optie.

World Fair Trade Day is een initiatief van de World Fair Trade Organization (WFTO), een internationaal platform van meer dan 400 fair trade stichtingen in 70 landen. De WFTO voert actie om de levensomstandigheden van werknemers en hun woonomgeving te verbeteren door middel van eerlijke handel. Wat dat betreft is de slogan van Fair Trade Day - 'Make any day a fair trade day' - een mooie aansporing voor ons allemaal.

Weg met de afvalberg in Utrecht

Op 20 mei landt We Beat the Mountain in het centrum van Utrecht. Het wereldwijde initiatief tegen de afvalberg brengt workshops, een markt, exposities, concerten en een modeshow. Ook wordt een poging gedaan het Guinness World Record te vestigen met een kunstwerk van afval.

Op het Domplein kan je ’s middags op een markt rondneuzen en inspiratie opdoen voor creatief hergebruik. Op modegebied zijn onder andere Little Green Dress (kledingruil), Izzy (verantwoorde kinderkleding), Chatoui (accessoires van hergebruikt textiel) en Label30 (gerecyclede tassen) te zien.

’s Avonds showen modellen collecties van Floor Elisabeth en Dutch Spirit. Floor Elisabeth maakte speciaal voor deze dag een collectie jurken ontworpen gemaakt van oude sjaals, gordijnen en kringloopkleding. Het Nederlandse duurzame merk Dutch Spirit showt een lijn volledig recyclebare kleding.

De helft van het afval dat de mens weggooit, kan gebruikt worden om nieuwe producten van te maken. Het doel van een evenement van We Beat the Mountain is om consumenten, ondernemers en de overheid bewust maken van de waarde van afval. Na Utrecht volgen evenementen in Nijmegen, Groningen, Amsterdam, Kaapstad, Helsinki en Madrid.
Wie liever iets nieuws koopt dan een evenement bezoekt, kan in de webshop van We Beat the Mountain terecht voor t-shirts, tassen en sleeves van gerecyclede materialen.

Vivienne Westwood helpt regenwouden

Dat de Britse modekoningin Vivienne Westwood duurzame mode een warm hart toedraagt, is geen geheim. De eigenzinnige ontwerpster werkte onder andere voor Ethical Fashion Africa en duurzame drinkfles Sigg. Nieuw is een internationale campagne met glossy Marie Claire en ecolabel People Tree. Westwood ontwierp een speciale shirt dress waarvan de opbrengsten ten goede komen aan het behoud van de regenwouden.

Het is geen toeval dat Vivienne Westwood zich op dit moment inzet voor The Society for Environment and Human Development, een organisatie die bewustzijn van het belang van regenwouden wil vergroten. De Verenigde Naties heeft 2011 namelijk uitgeroepen tot International year of forests. Met de verkoop van de t-shirt dress, die is voorzien van een wilde print en handtekening van Vivienne Westwood, worden forest tribes in Bangladesh gesteund. Hun levensomstandigheden worden bedreigd door ontbossing.

In juni 2011 treedt Vivienne Westwood in alle 24 internationale edities van Marie Claire op als gastredacteur en publiceert het tijdschrift een reportage over regenwouden. Op die manier hoopt de glossy de boodschap ‘trees save lives’ nog eens voor het voetlicht te brengen.

Met de aankoop van de limited edition t-shirt dress, die nog geen dertig pond kost, ben je in ieder geval ook fair trade bezig. Want de biokatoenen jurk wordt gemaakt door het eerlijke modemerk People Tree, dat de collectie onder fatsoenlijke werkomstandigheden in Bangladesh laat maken.

Timberland marktleider in emissiereductie

Het Amerikaanse schoenenbedrijf Timberland is naar eigen zeggen koploper in de mode-industrie als het gaat om het reduceren van CO2-uitstoot. In 2010 heeft het bedrijf de uitstoot van broeikasgassen met 38 procent verminderd.

Vijf jaar geleden presenteerde Timberland, dat bekend staat om zijn outdoor schoenen, een meerjarenplan dat beoogde de uitstoot van milieuonvriendelijke gassen met 50 procent te verminderen. Dat doel is dus nog niet behaald: naar verwachting duurt het nog tot 2015 tot het streven is gerealiseerd.

In 2009 opende Timberland een groene winkel in Amsterdam: een verkooppunt waarvan de inrichting is gemaakt van hergebruikt hout en ander duurzaam materiaal. Inmiddels is bijna 90 procent van de gehele winkelinrichting recyclebaar.

De komende jaren wil Timberland onder andere LED-verlichting aanpassen, reizen van medewerkers verminderen en meer energie gebruiken uit duurzame bronnen. In 2010 was ongeveer een derde van het energieverbruik afkomstig van groene bronnen.



Klanten kunnen trouwens hun steentje bijdragen aan de vergroening van Timberland door producten uit de Earthkeepers collectie te kopen. Deze schoenen zijn gemaakt van biologische, gerecyclede en snel recyclebare materialen.

Skechers aapt Toms Shoes na

Het Amerikaanse Skechers introduceert dit voorjaar een nieuwe lijn met goededoelenschoenen, Bobs. Voor elk verkocht paar Bobs doneert Skechers twee paar kinderschoenen via liefdadigheidsorganisatie Soles4Souls. Naar verwachting kunnen er dit jaar nog een miljoen schoenen aan kinderen in ontwikkelingslanden worden uitgedeeld. Soles4Souls is al actief in 125 landen.

De Bobs-collectie voor voorjaar 2011 bestaat uit twintig modellen die allemaal de traditionele platte espadrille als uitgangspunt hebben. Ook zijn er schoenen met sleehakken. In de herfst volgt een lijn met onder andere veterschoenen, laarzen en bootschoenen.

Hoe sympathiek het initiatief van Skechers ook klinkt, het lijkt verdacht veel op een kopie van het Amerikaanse Toms Shoes. Ook dit bedrijf functioneert volgens het principe ‘one for one’ en had in september 2010 al een miljoen schoenen aan kinderen in ontwikkelingslanden gedoneerd. Bovendien lijkt de espadrille van Skechers sprekend op de klassieke instapper waarmee Toms Shoes bekend is geworden.

In het najaar van 2010 maakte Amerikaanse kranten al melding van de gelijkenis tussen Skechers en Toms Shoes. Tot nu toe zijn juridische acties achterwege gebleven.

Kletspraat van Kuyichi?

Dagblad NRC publiceerde op 7 mei een vernietigend artikel over Kuyichi. Het Nederlandse jeansmerk zou al tien jaar proberen duurzaam én winstgevend te zijn, maar daar niet in slagen. Peruaanse katoenboeren die biokatoen aan Kuyichi zouden leveren, hebben nooit stoffen voor de denimcollecties geleverd. In plaats daarvan werd katoen, dat slechts voor een deel ecologisch geproduceerd was, ingevlogen uit onder meer Oeganda, Italië en Griekenland.

NRC laat ook anonieme bronnen aan het woord die zeggen dat Kuyichi kleding heeft laten produceren in niet-gecertificeerde fabrieken in onder andere Tunesië en Turkije. Daardoor zou niet gegarandeerd zijn dat werknemers in naaiateliers onder fatsoenlijke omstandigheden en voor een eerlijk loon werken.

De toon van het NRC-artikel doet denken aan de reportage van Volkskrant over uitbuiting in een Indiase fabriek die zou produceren voor C&A en H&M. De krant moest later toegeven dat de kledingstukken die de journalist in de fabriek aantrof samples betrof: de modebedrijven hadden er weliswaar proefstukken maar nooit collecties laten maken.

Solidaridad, een van de investeerders in Kuyichi, is dan ook van mening dat NRC belangrijke feiten heeft genegeerd. Zo is in de collectie die voor het najaar geproduceerd gaat worden minimaal 85 procent biokatoen verwerkt en wordt 52 procent geproduceerd in gecertificeerde fabrieken.

‘Het gaat goed met het bedrijf, al krijg je uit het NRC-verhaal niet die indruk’, schrijft Nico Roozen, directeur van Solidaridad, in een reactie. Laten we hopen dat dit het geval is, want een duurzame pionier als Kuyichi verdient toch een zonnige toekomst?

Stella McCartney in Saks

Op 4 mei 2011 opende Stella McCartney haar eerste winkel in modewarenhuis Saks Fifth Avenue. De New Yorkse shop-in-store werd geopend met een feestje vol celebs, onder wie Stella’s goede vriendin Liv Tyler. Vooral de kleding en accessoires met citrusprints waren volop te bewonderen op de winkelvloer, rapporteerden journalisten van modeblog Fashionista.

Het feest was, zoals te verwachten is van de groenste high fashion ontwerpster van nu, niet een zuiver commerciële aangelegenheid. Er werd ook geld ingezameld voor de Naked Heart Foundation, een stichting die zich inzet voor speelgelegenheden voor kinderen in Rusland. Het werk is een initiatief van supermodel Natalie Vodianova.

Fair Fashion tijdens Arnhem Mode Biënnale

De vierde editie van de Arnhem Mode Biënnale, die van 1 juni tot 3 juli 2011 plaatsvindt, presenteert het werk van 92 ontwerpers. Op 26 juni staan groene merken in het zonnetje tijdens het Awearness Fair Fashion Feest.

Op partyjacht Jules Verne aan de Rijnkade in Arnhem vinden shows plaats van Arnhemse ecolabels zoals Van Markoviec, Elsien Gringhuis, Selon Sebastiaan, Karin Ruiter, Irvinx, MLY by Emily Hermans en Marcha Hüskes. Een groot deel van de labels is tijdens de Mode Biënnale ook te koop in de winkel Coming Soon in de Kerkstraat. Om het feest compleet te maken kunnen bezoekers van het eerlijke modespektakel in een aantal lokale restaurants genieten van een Puu! Fair Fashion Menu.

Het is de tweede keer dat Awearness Fair Fashion een show organiseert tijdens de Arnhem Mode Biënnale. In 2009 vond de eerste en grootste fair fashion show van Nederland plaats in de Eusebiuskerk in het centrum van Arnhem.

Tassen van gerecyclede fietsbanden

Laptoptassen worden steeds groener. Van volledig composteerbare sleeves (reWrap) tot laptoptassen van oude postzakken (Ampersand as Apostrophe). Nieuw is een product van gerecyclede fietsbanden. Natuurlijk is dit een Hollandse uitvinding: de Nederlandse Mareanne Bosch ontwierp laptoptassen, iPad sleeves en (zonne)brillenhoesjes die kunnen worden gemaakt van oude fietsbanden.

De collectie van Mareanne Bosch wordt fair trade geproduceerd in Studio Nepal in Kathmandu. Dat kledingatelier is bekend van Studio Jux, dat er slow fashion laat produceren. Zelf werkt Mareanne Bosch, die tot nu toe vooral sieraden ontwierp, vanuit een atelier in Driebergen-Rijssenburg.

Milieuvriendelijke zonnebrillen

Nu de klimaatverandering leidt tot bovengemiddelde zomertemperaturen en overdadige zonneschijn, is het de hoogste tijd voor een milieuvriendelijke zonnebril. Het goede nieuws: er zijn steeds meer groene brillen die de ogen beschermen tegen ongenadige zonnestralen. Website Ecouterre zette onlangs de beste exemplaren op een rij.

Met materialen zoals bamboe, gerecycled plastic en duurzaam geproduceerd walnoothout wordt de negatieve milieuimpact van een zonnebril natuurlijk verminderd. Zelfs hippe merken zoals Juicy Couture tonen zich van de groenste kant met brillen van herbruikbaar, plantaardig plastic.

Het is bovendien mogelijk de wereld te verbeteren door een zonnebril te kopen. Het Amerikaanse brillenmerk Warby Parker geeft voor iedere verkochte bril een exemplaar aan slechtzienden in ontwikkelingslanden. Wereldwijd worden een miljard mensen in hun ontwikkeling en werk beperkt doordat ze niet goed kunnen zien. Warby Parker gaf al 30.000 brillen weg aan mensen in meer dan dertig landen. Dit jaar lanceerde het bedrijf een zonnebril die het werk steunt van Invisible Children, een goededoelenorganisatie die zich inzet voor kindsoldaten in Oost-Afrika.

Sieraden tegen kindermisbruik

Het verantwoorde sieradenmerk A Beautiful Story heeft een collectie gemaakt waarmee de Stichting Stop Kindermisbruik wordt gesteund. De sieraden zijn voor dames en meisjes en staan bol van de symboliek. Bedeltjes in de vorm van een handje aan armbanden en kettingen verwijzen naar het logo van Stop Kindermisbruik. Belletjes staan symbool voor de roep van meisjes in een uitzichtloze situatie. En natuurlijk bevatten de sieraden veel hartjes als symbool van de passie en liefde van vrouwen over de hele wereld.

A Beautiful Story ontwerpt sieraden met en voor partners in ontwikkelingslanden. Met de speciale collectie draagt het label tien procent van ieder verkocht sieraad af aan Stop Kindermisbruik. Extra leuk is dat de fair trade armbanden en kettingen er zijn in moeder- en dochtervariant. De prijzen variëren van tien tot veertig euro.

Stop Kindermisbruik is in 2008 door Arjan Erkel en Yolanthe Sneijder Cabau opgericht met als doel kinderprostitutie te stoppen. Slachtoffers in Bangladesh, Cambodja, de Filippijnen, India, Kameroen, Nederland, Nepal en Thailand worden opgevangen en gerehabiliteerd.

ROC: Recycled Organic Cotton

Het Deense kinderkledingmerk Katvig lanceert dit seizoen een collectie van gerecycled biokatoen. Het zogenoemde ROC, Recycled Organic Cotton, is gemaakt van restafval van biokatoen. Dat is duurzamer dan bijvoorbeeld bamboe, vindt Katvig, want voor de productie van textiel uit de oosterse bomen is veel water nodig.

De nieuwe collectie kinderkleding is volgens Katvig ‘a perfect treat for Mother Earth’ en gemaakt van het meest duurzame textiel ter wereld. De collectie bestaat voor 65 procent uit biokatoen en 35 procent gerecycled biokatoen.

Het bedrijf van Vigga Svensson is al jaren druk bezig met duurzame innovaties: het gebruikt bijvoorbeeld inkt gemaakt van soja en volledig composteerbare verpakkingen.

Geheel in lijn met het duurzaamheidsbeleid, zijn de kledingstukken van Katvig vaak voorzien van groene strepen en appelprints. De vrolijke kleding is verkrijgbaar in maten 56 tot en met 152. De slogan Hug me, I’m green maakt de shirtjes, jurken en jumpsuits helemaal hip.

Lidewij Edelkoort voorspelt einde van massaconsumptie

Wat zal het jaar 2012 ons op modegebied brengen? Dat vroeg textielvakblad Textilia aan trendforecaster Lidewij Edelkoort. De wereldberoemde Nederlandse trendvoorspeller kwam met een optimistische boodschap: 2012 wordt het jaar waarin duurzaamheid triomf gaat vieren. ‘Er komt een vernieuwende kracht die misschien door ongeluk wordt gestimuleerd, of juist vanuit onszelf ontstaat. We zien dat we niet zo door kunnen gaan met de massaconsumptie. We moeten zuinig met onze bronnen omgaan.’

Op modegebied ziet Edelkoort, die tijdens haar opleiding aan de Arnhemse modeopleiding besloot om trendwatcher te worden, een belangrijke rol weggelegd voor lokale en regionale productie. ‘De lokale ouderen breien dan onze kleding en de lokale boer verzorgt ons eten zoals in een echte community. Het lijkt toekomstmuziek, maar het staat voor de deur. Ik weet zeker dat we naar een maatschappij gaan van samenwerking, wat nu ook via internet wordt gestimuleerd.’

Waar Edelkoort haar voorspelling voor 2012 op baseert, blijft zoals gebruikelijk bij trendwatchers nogal onduidelijk. Maar Edelkoort twijfelt in ieder geval niet aan haar vooruitblik. ‘Ik weet zeker dat we bezig zijn met een herbezinning van de maatschappij. Iedereen voelt het, iedereen schrijft erover.’

In het voorjaar van 2010 zette Edelkoort ook al een optimistisch toekomstbeeld neer. In de wintermode voor 2011 en 2012 zouden vrolijke en kleurrijke thema’s centraal staan die zijn afgeleid van vogelsoorten.